Ruines en olifanten
Door: Sigrid
Blijf op de hoogte en volg Sigrid
25 Juli 2023 | Sri Lanka, Sigiriya
Hoi allemaal,
Ik de vorige keer geëindigd in Kandy. Vrijdag ging ik de stad goed bekijken. Na een heerlijk ontbijt bij een eettentje in de stad ben ik naar de Tempel van de Tand gegaan. Voor de ingang stond een gids die vroeg of hij me mocht begeleiden. Hij wachtte mijn antwoord niet eens af. Kennelijk was het gebrek aan een afwijzing een ‘ja’. Ik had van iemand gehoord dat het leuk was en dat zo’n gids veel leuke informatie kan toevoegen. Het bezoek viel wat tegen. De gids heeft veel gepraat, maar ik weet niet zo goed wat hij allemaal gezegd heeft. In het begin gingen we snel van het een naar het ander. Er was een ceremonie gaande waardoor ik nog e.e.a. kon zien dat anders gesloten was. Ik ving een glimp op van een gouden boeddha op een altaar. Toen de ceremonie af was, ging hij verder in een normaal tempo. Ik kreeg een uitgebreide uitleg over een serie schilderijen over van alles wat me niet interesseerde. Ik was niet erg onder de indruk van de tempel en was blij toen de rondleiding erop zat. Met hetzelfde kaartje kon ik nog naar een boeddhistisch museum en de gids vroeg of ik daar naar toe wilde. Dat wees ik af. Hij bood nog aan om mee te gaan naar de botanische tuinen, en ook hiervoor bedankte ik vriendelijk. Ik was juist blij dat ik afscheid van hem kon nemen.
Na deze rondleiding liep ik een rondje om het meer. In eerste instantie omdat er vanaf de overkant een mooi uitzicht op het tempelcomplex is. Toen ben ik uiteindelijk maar door gelopen. Ik werd een beetje gallisch van al die mannen die in de steden tegen me beginnen te praten en een stukje met me oplopen. Ik ben op een gegeven moment op een bankje aan het meer gaan zitten om maar van zo’n man af te zijn. Toevallig lag er net een grote leguaan aan de oever. Ging ik daar heel interessant naar dat roerloze beest zitten kijken om maar van die man af te komen. Ze bedoelen het allemaal goed, maar het zijn er teveel. Na de lunch ben ik eerst een plekje gaan reserveren voor een dansshow aan het eind van de middag. Dat ging heel simpel: ik kreeg een bordje, moest daar mijn naam op schrijven en hem op een stoel leggen die nog niet gereserveerd was. Vervolgens moest ik een kaartje kopen. Toen dat was geregeld, liep ik via een overdekt winkelcentrum (niets bijzonders, wel lekker koel) naar de centrale markt, altijd leuk. Ik wist eigenlijk niet zo goed wat ik nu moest gaan doen en ben naar een groot boeddhabeeld gelopen dat op een heuvel staat en uitkijkt over de stad. Dit was veel leuker dan ik had verwacht. Ik liep er uitgebreid rond voor ik naar beneden moest voor de dansshow. De show was leuk; een uur was wel lang genoeg. Er was veel drum en daarbij werden verschillende dansen opgevoerd eindigend met een vuurdans. Zo had ik een leuke en gevarieerde dag.
Zaterdag had ik een lekker rustig dagje. Ik ben om 10 uur gaan rijden naar Sigiriya (88 km), een mooie rit van 3 uur. Hier zit ik 5 nachten in een heerlijk hotel met een grote veranda waar ik lekker kan zitten. Zoals wel vaker deze reis ben ik de enige gast. Ik werd allerhartelijkst ontvangen. Na een welkomstdrankje kreeg ik de vraag of ik al had geluncht. Een kwartier later stond er een heerlijke, uitgebreide lunch voor mijn neus. Ik heb wat zitten lezen op de veranda en ben aan het eind van de middag nog even wat in Sigiriya rond gelopen. Verder heb ik weinig gedaan.
Zondag stond ik vroeg op en liep naar de ingang van de Leeuwenrots. Daar was ik om 6 uur. Om bovenop de Leeuwenrots te komen moet je 1250 treden lopen. Dat klinkt erger dan het is, voor ik het wist was ik boven. Op deze rots heeft een koning in de 5e eeuw een burcht en paleis gebouwd, zodat hij het mooiste uitzichten van het land had. Een van de redenen om hier ’s morgens vroeg naar toe te gaan, is een mooi zonsopkomst (naast dat het nog rustig is en niet zo warm); helaas was het bewolkt en was er slechts een waterig zonnetje zichtbaar. Er was nog wel een behoorlijk goed uitzicht over de omgeving. Bovenop de rots waren de restanten van de burcht en het paleis nog zichtbaar. Ik liep er rustig rond en ging toen weer naar beneden. Tijdens de afdaling liep de weg langs mooie fresco’s die getekend zijn in de rotswand. Eenmaal beneden liep ik terug naar het hotel, waar ik om 8 uur weer terug was. Nu was het tijd om te ontbijten. Ik krijg hier elke morgen een uitgebreid, Srilankaans ontbijt. Heerlijk! In de loop van de ochtend ben ik naar Ritigala gereden (34 km). De rit ernaar toe was al mooi. Na een stuk hoofdweg werd ik door google maps een onverharde gravelweg op gestuurd. Ik reed door schitterende natuur en stapte uit om foto’s te maken. Op een gegeven moment werd het gravelpad een graspad. Ik moest ergens afslaan waar niet eens een wandelpad zichtbaar was. Ik kwam een man tegen die me vertelde dat ik beter terug kon gaan om nog een stuk over de hoofdweg te gaan. Dat werkte beter. De aanwijzing van de man klopte. Ik kwam nu op een smalle asfaltweg en kwam borden tegen die verwezen naar het archeologische gebied waar ik naar toe wilde. Dit is een boskloostercomplex dat gedeeltelijk gerestaureerd is. Er liep een wandelpad langs alle overblijfselen. Helaas liep dit niet rond, maar moest je bij het eindpunt dezelfde weg terug lopen. Leuke wandeling wel. Dit is niet een van de geijkte dingen die iedereen gaat doen. Het was wel een leuk uitstapje.
Maandag ben ik naar Polonnaruwa gegaan, een van de oude steden die Sri Lanka rijk is. Het was ruim anderhalf uur rijden (55 km). Bij de ingang parkeerde ik mijn tuktuk en huurde een fiets. Je kon ook met de tuktuk door de oude stad rijden, maar ik vond dit leuker. De fiets was aan de lage kant en kon alleen maar in een erg lage versnelling, maar de remmen deden het en hij stuurde goed. Prima voor zo’n dagje. Ik hoefde er geen 50 km op te fietsen. Ik begon in een museum. Daarna reed ik langs de overblijfselen van wat ooit de hoofdstad van Sri Lanka was. Dit is een vrij groot gebied waardoor het afgeraden wordt om het lopend te bezoeken. Ik heb dat niemand zien doen, zag wat fietsers, iets minder tuktuks en vooral auto’s en toeristenbusjes. Ik reed van parkeerplaats naar parkeerplaats, waar ik mijn fiets neerzette om dan lopend de ruïne te bekijken. De stad was zeker de moeite van het bezoeken waard. Ik was rond half 3 weer terug bij de fietsverhuur. Daar stond ik nog even met een van de mannen te praten die bij de verhuur stonden; die hadden ook niets beters te doen. Een van hen was zo vriendelijk om spontaan aan te bieden om mijn tuktuk even uit te parkeren. Erg fijn, achteruit rijden is niet mijn hobby. Het deed me nog goed dat ook bij hem de motor een keer afsloeg (bij mij zou hij overigens meerdere keren zijn afgeslagen). Ik reed dezelfde weg terug. Op een gegeven moment begonnen tegenliggers te seinen. Dat kan 2 dingen betekenen: ofwel er is een politiecontrole iets verderop, wat de vorige keer het geval was. Dan maakt een vriendelijke politieagent even een praatje, bekijkt je rijbewijs en verzekeringspapieren en dan mag je weer door. Ofwel er wordt gewaarschuwd voor wilde dier(en). Dat bleek nu het geval. Een stukje verder liep een olifant op mijn weghelft. De auto voor me deed netjes zijn richtingaanwijzer aan en ging op de rechterhelft rijden, zonder te stoppen. Ik volgde dat voorbeeld. Achteraf had ik wel even willen stoppen voor een foto. Nu reed ik er probleemloos langs. Het verkeer aan de andere kant van de weg wachtte even tot we voorbij waren. Wel een leuke ervaring! Terug in het guesthouse heb ik niet veel bijzonders meer gedaan.
De olifantenfoto’s kwamen vandaag. Ik had voor vanmiddag een toer geboekt naar het nationaal park van Kaudulla om olifanten te spotten. Vanmorgen heb ik een wandeling door de omgeving gemaakt. Het viel me op dat er wel erg veel hotels zijn voor erg weinig toeristen en ik vraag me dan af waar die mensen allemaal van leven. Deze mensen verdienen beter. Ik hoop echt dat het toerisme snel weer aantrekt en er wat meer geld het eiland op komt, zodat het leven voor de mensen hier weer wat makkelijker wordt. Het was leuk om door de mooie, groene omgeving te wandelen. Er blijft hier nog mooie tempel te staan. Vanmiddag werd ik bij het guesthouse opgepikt om naar Kaudulla te gaan (3 kwartier rijden). Dit was een privétoer. Ik had gezegd dat ik wel met anderen samen wilde gaan, maar ik zag dat er alleen maar vaste reisgezelschappen in een jeep/landcruiser zaten. Er schijnen momenteel 450 olifanten in Kaudulla te zitten. Die heb ik niet allemaal gezien, maar denk dat ik de 100 wel haal. Geweldig om ze in hun eigen leefomgeving hun ding te zien doen. Veelal met 10 tot 15 olifanten bij elkaar, veel kleintjes erbij, soms ook een mannetje ergens alleen. Fascinerend om ze te zien eten: met een poot schoppen ze het gras los, dat ze vervolgens met hun slurf oppakken. Ik heb zo zo’n beetje alles zien doen: eten, drinken, voeden, plassen, poepen, baden, spelen, flirten en vechten. Echt genieten. Naast olifanten waren er buffels in het park, vogels en op het laatst zagen we nog een krokodil. Topmiddag gehad. Morgen wordt het weer tijd voor wat cultuur. Daarover de volgende keer meer.
Groetjes,
Sigrid
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley