Veel regen de laatste dagen!
Door: Sigrid
Blijf op de hoogte en volg Sigrid
13 Juni 2019 | Taiwan, Taoyuan City
Dit is alweer mijn laatste avond in Taiwan. Ik zit nu in een backpackers hostel met zicht op de start- en landingsbaan. Dat geeft aardig wat herrie.
Ik was gebleven bij maandag. Toen was ik in Tainan en ben ik op de fiets wat bezienswaardigheden die iets verderop lagen gaan bekijken. Ik kon via een borg met mijn credit card een fiets uit een rek trekken en evt. op een andere plaats weer inleveren. Mijn eerste doel was Fort Anping. Dat was makkelijk: 2x rechtsaf slaan en dan heel lang rechtdoor. Dat kon ik onthouden. Dit keer deden de 3 versnellingen van mijn fiets het prima, bleef het zadel op de hoogste stand staan, maar bewoog het zadel voor- en achterwaarts, bokirritant. Het was maar 20 minuten rijden. Fort Anping is in 1624 gebouwd als Fort Oranje, door de Nederlanders. Later hebben de Nederlanders het omgedoopt tot Fort Zeelandia en nu heet het fort Anping. Er waren nog een paar restanten over van het oorspronkelijke fort. De rest was gerestaureerd. Er was een klein museum bij (museum Zeelandia). Het was leuk om hier een tijdje rond te lopen. Toen ik uitgekeken was fietste ik door naar Taijinang nationaal park. Ik wist hiervan ongeveer hoe ik moest rijden, maar had geen goede plattegrond. Al na ca. een kwartier zag ik een bord met een verwijzing naar het bezoekerscentrum van Taijiang park. Daar ging ik naar toe. Dat bleek gesloten. Maandag is de dag dat de meeste dingen dicht zijn, maar ik had niet verwacht dat dat ook in een nationaal park zou gelden. Ik fietste even rond in de buurt van het bezoekerscentrum, maar dit was duidelijk niet waarvoor ik gekomen was. Ik reed terug naar de grote weg en reed weer door in de richting waarin ik eerder al gefietst had. Nu zag ik een stukje verder op een afslag naar Sihcao Dahzong tempel. Daar wilde ik naar toe. Hier was ook een pier waar je een boottochtje kon maken door de mangroven. Dat wilde ik gaan doen. Terwijl ik wachtte op de boot, bezocht ik de tempel. Die was vooral enorm groot en niet heel bijzonder. Het boottochtje was mooi. Het was een platte boot met hele lage krukjes erop om op te zitten. Iedereen moest een hoed op (zo’n ronde Aziatische). Die hoed had ik al snel weer af. De reden dat we die moesten dragen was dat er laaghangende takken waren. We voeren door de ‘groene tunnel’ , een laag mangrovebos dat net een tunnel leek. Mooi! Verder zagen we wat vogels. Een leuk vaartochtje zo. Toen ik van de boot kwam, begon het vrijwel meteen te regenen. In eerste instantie matig. Ik wilde nog een graftombe van Nederlanders zien. Het graf was er uit respect voor de Nederlanders die bij een slag in 1661 waren omgekomen. De Nederlanders hadden toen een ruime numerieke minderheid tegen de Chinezen en dolven het onderspit. Er kwamen toen 2000 soldaten om, 2/3 van de krijgsmacht die aanwezig was in Taiwan. De botrestanten van die soldaten worden, voor zover overgebleven, in deze graftombe bewaard. Mooi om te zien. Ondertussen regende het serieus hard. Ik zocht een terrasje op waar ik koffie kon drinken en ging er rustig sudoka’s zitten maken zolang het bleef regenen. Dit was geen buitje van een half uur. Ik zocht op hoe lang het fietsen was naar mijn hotel: 12 km. Ik besloot nog een kop koffie te nemen. De koffie mevrouw pakte haar telefoon erbij en vroeg via google translate of ik op een auto zat te wachten. Ik gaf via mijn vertaalapp door dat ik op de fiets was en zat te wachten tot het zou stoppen met regenen. Ze gaf aan dat het vandaag niet meer droog zou worden. Ze keek nog of mijn fiets in haar auto past, maar dat was niet het geval. Ik besloot dan maar te gaan fietsen. In een van de winkeltjes bij de tempel kocht ik en poncho. Die paste precies over mijn broek en mijn tas. Nu ik snel door wilde fietsen was dat zadel nog irritanter. Als er een verkeerslicht op rood stond er en kwam geen ander verkeer aan reed ik door, net als de scooters hier doen; je moet je een beetje aanpassen aan het land dat je bezoekt, nietwaar? In een minuut of 40 was ik terug. Ik was redelijk droog over gekomen. Ik ben daarna alleen nog de deur uit gegaan om wat te gaan eten. Toen was het min of meer droog.
Dinsdag ben ik met de trein en bus naar Sun Moon Lake gereisd. Toen ik weg ging regende het hard. Gelukkig was het minder dan een minuut lopen van het station. Ik nam de trein naar Taichung (bijna 2 uur). Daar moest ik op zoek naar de bus naar het Sun Moon Lake. Ik zag al snel dat het busstation naast het treinstation ligt. Daar ging ik naar het kaartjesloket. De lokettiste vertelde dat ik 2 straten verderop moest zijn. Ik moest naar Nantou bus. Ze schreef het in het Chinees en Engels voor me op. Heel fijn die mensen die mee denken. Ik vroeg nog een paar keer welke kant ik op moest en was zo snel bij de bus. Die vertrok 10 minuten later. Ook de busrit duurde bijna 2 uur. We reden landinwaarts. De rit was mooi (groene heuvels/bergen). Het eindpunt van de bus was Shuise; mijn hotel was 550 meter verderop langs dezelfde weg. Nadat ik me in mijn kamer geïnstalleerd had ben ik een dorpje in gelopen. Gelukkig werd het droog. Het meer ligt op ruim 700 meter, waardoor er een paar graden koeler is wat ik absoluut niet erg vond! Ik liep een stukje langs het meer en dronk thee op een terras met uitzicht op het meer. De ene kant van het meer wordt de maan genoemd en de andere kant de zon. Daar komt de naam vandaan. Op de terugweg naar het hotel at ik bij een klein eettentje een kom rijst met een bord groenten.
Woensdag wilde ik om het meer gaan fietsen (30 km). Helaas regende het ’s morgens hard wat me mijn plannen deed wijzigen. Ik ben gaan wandelen naar het bezoekerscentrum van Xiangshan, 4 km verderop. Het bezoekerscentrum is op zichzelf al een bezienswaardigheid met een speciale vorm en mooi uitzicht vanaf het dak. Zoals ik gehoopt had, was er een restaurant waar ik rustig de tijd nam voor een kop koffie. Na een uurtje vertrok ik weer. Ik liep nog even naar een uitzichtpunt iets verderop. Niet dat er uitzicht was, maar ik was toch nieuwsgierig hoe het er zou zijn. Daarna liep ik terug. Ik begon het wandelen in de regen nu wel een beetje zat te raken. Toen ik terug was in het dorp heb ik bij de bakker wat brood gekocht voor de lunch. Daarmee liep ik terug naar het hotel. Op mijn kamer zette ik een kop thee en at mijn lunch. Daarna heb ik rustig de krant gelezen. Om 2 uur ben ik weer op pad gegaan, nu voor 3 boottochtjes over het meer. Ik liep naar de pier. Daar varen bootjes af en aan. De boten varen in een driehoek over het meer. Het systeem is dat je 1 kaartje koopt en daarmee eerst van A naar B gaat, daar uit stapt en de boel verkend, dan de boot neemt van B naar C en dan weer terug naar A. Ik ging eerst naar Xuanguang. Daar was een tempel en stonden wat mensen in traditionele kleding muziek te maken. Niet heel bijzonder. De tempel lag iets hoger en er was een mooi uitzicht over het meer, wat uiteraard een stuk mooier was geweest bij helder weer. Ik wachtte op de volgende boot en werd nu naar de Ita Thao pier gebracht. Hier waren wat huizen, hotels en een straat vol winkels. Daar ben ik even doorheen gelopen. Ik had nog een half uur voordat de boot zou gaan en ik dronk ergens een kop koffie. Daarna nam ik de boot terug. De oversteken duurden steeds ca. 10 minuten. Weer terug in Shuise heb ik een kop thee gedronken op een terras met uitzicht op het meer voor ik ging eten. Het werd een soort van traditioneel Taiwanees dagmenu: 7 kommetjes met: gegrilde tomaat, gefrituurde garnaaltjes, rundvlees met paprika en uien, varkensvlees, kip, gekookte groene kool en bamboe. Daar kreeg ik nog 2 kommetjes soep en een kom rijst bij. Best lekker allemaal. De garnaaltjes waren nog compleet met alles erop en eraan. Ik probeerde er 2 te pellen, maar er bleek niets in te zitten. Ik denk dat het de bedoeling was dat ik ze helemaal op zou eten, maar daar heb ik me niet aan gewaagd. Na het eten liep ik terug naar het hotel. Het was inmiddels 7 uur. Tussen half 9 en dat moment was het niet droog geweest. Het had afwisselend hard en heel hard geregend. Welkom in Taiwan in het regenseizoen!
Toen ik vanmorgen wakker werd zag ik dat het zowaar droog was. Daarop besloot ik de ochtend nog bij het meer te blijven. Ik wandelde een stukje langs de oever en dronk een kop koffie op een terras aan het meer. Daarna nam ik de bus weer naar Taichung, dit keer naar het station van de hoge snelheidstrein. Daarmee ging ik naar Taoyuan, waar de internationale luchthaven is. Zoals verwacht was de trein luxe. Er was een lichtbalk met wisselende boodschappen in het Chinees en Engels. De hoogst aangegeven snelheid was 292 km / uur. In Taoyuang moest ik nog een stuk met de metro. Vanaf de halte waar ik uitstapte was het 2,3 km lopen naar de hostel. Ik moest alleen even uitvogelen in welke richting ik moest beginnen te lopen. Er stonden 3 vrouwen bij elkaar aan wie ik het vroeg. Een vierde bemoeide zich er mee en vervolgens ook nog een man in een klein vrachtautootje met open laadbak. Ze toetsten het adres van het hotel in op hun eigen telefoon en debatteerden een tijdje waar het moest zijn, terwijl ik rustig stond toe te kijken. Vervolgens mocht ik in de laadbak klimmen en zou de man me brengen. Twee van de vrouwen stapten voor in bij de man. Geweldig dit! Zo was ik zonder zoeken binnen 5 minuten bij de hostel. Voor het eerst deze reis heb ik geen eigen kamer, maar slaap ik op een zaal met 3 stapelbedden. Toen ik de kamer binnen kwam wist ik meteen weer waarom ik niet meer op zaal slaap: een kleine kamer met 3 stapelbedden waar je je bagage nauwelijks kwijt kunt. Er was wel een gezellige gemeenschappelijke ruimte bij. Er waren 2 Thaise vrouwen die meteen begonnen te praten en me een blikje bier aanboden. Dat is dan weer de andere kant van een hostel. We zaten aan een hoge tafel met uitzicht op de start- en landingsbaan. Ik ben vanavond even de wijk in gelopen om wat te gaan eten en zit nu alleen in de gemeenschappelijke ruimte terwijl de vliegtuigen maar blijven komen en gaan. Na middernacht zijn er geen vluchten meer en wordt het als het goed is stil.
Morgenochtend om half 11 gaat mijn vliegtuig, via Parijs naar Amsterdam. Dan zit de vakantie er al weer op. Dit was wel een erg relaxt reisje. Heerlijk om niet echt op je spullen te hoeven letten en omringd te worden door altijd vriendelijke, hulpvaardige mensen. Prima, bestemming voor 2, hooguit 3 weken. Een paar weken eerder in het jaar zou gezien de regen nog wat beter zijn. Ik heb wel genoten van dit mooie groene land.
Groetjes,
Sigrid
-
14 Juni 2019 - 15:51
Marjolein:
Leuk om te lezen Sigrid! Veelste snel weer voorbij..
Maar zo te lezen heb je genoten :)
Goede vlucht en tot snel! -
16 Juni 2019 - 13:09
Joke:
Bedankt voor het reisverslag, was weer leuk om mee te reizen
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley