Van west naar Oost Bhutan
Door: Sigrid
Blijf op de hoogte en volg Sigrid
05 April 2025 | Bhutan, Jakar
Hoi allemaal,
Dinsdag vertrokken we om 9 uur naar de grens met Bhutan. De immigratiedienst is pas vanaf 10 uur open. De grens was midden in een plaatsje. In Bhutan voelde het meteen anders. Het was rustiger, schoner en geordender. Er waren parkeervakken voor de auto’s en bij zebrapaden wordt gestopt voor voetgangers. We hebben in het grensplaatje geluncht. In Bhutan betalen we 100 dollar per dag als een soort belasting. Dit is naast het geld dat we uitgeven aan de gids, de hotels en het eten. De toeristenbelasting wordt grotendeels gebruikt voor het onderwijs en gezondheidszorgen. Beiden zijn hier gratis. Na de lunch moesten we nog ca 150 km rijden naar Thimphu, de hoofdstad van Bhutan. Deze stad groeit en moderniseert snel en heeft ca 150.000 inwoners. Bhutan heeft bijna 700.000 inwoners. Dat aantal daalt juist, doordat Bhutanen naar het buitenland gaan. De rit duurde lang. We mochten nog een stuk wandelen, waarna de bus ons voorbij reed en een stukje verderop wachtte. Dat was wel fijn. We dronken ergens nog een kop koffie. Uiteindelijk waren we pas om 19.20 uur bij het hotel. Daar stond een heerlijk buffet voor ons klaar. De Bhutanen eten erg pittig. Voor ons westerlingen wordt apart een stuk minder pittig gekookt, wat erg fijn is!
Woensdag reden we met onze bus naar het Tango klooster dat op 2650 meter ligt. Vanaf het parkeerterrein liepen we over een redelijk betegeld pad 300 meter omhoog in 2,5 a 3 kilometer. Onder leiding van onze Bhutaanse gids bezochten we het klooster. Een deel wordt nog gerestaureerd. Het klooster is beschadigd geraakt door de zware aardbeving in Nepal in 2015. Dit bezoek nam de hele ochtend in beslag. We werden naar een restaurant gebracht waar een lunch buffet voor ons klaar stond. We waren hier niet de enige groep. We hebben het gevoel dat veel hier gestuurd wordt door de overheid. Tijdens de lunch en het diner is er altijd veel groenten. Lekker! Water, thee en koffie is gratis bij het eten. ’s Middags gingen we eerst naar het postkantoor. Hier kun je o.a. postzegels van jezelf laten maken. Er was nog een groep binnen. Ik vond het wat te commercieel en ben snel weer naar buiten gegaan. We reden door naar een groot boeddhabeeld. Er waren 258 traptreden om daar te komen. We zouden met de bus omhoog rijden, maar met een deel van de groep besloten we de trap te nemen met mooie uitzichten over de omgeving. Het beeld was ca. 50 meter hoog en bestond uit koper en goud. De tempel in het beeld was zeer de moeite waard. De gids geeft ons veel informatie, maar dat begint me wat te duizelen en ik vind niet alles even interessant. De volgende bestemming was een stupa die de droom van de 3e koning was geweest (het National Memorial Chorten). Na zijn dood is deze gebouwd. Bij de stupa zaten ouderen met elkaar te keuvelen en ze liepen om de stupa heen. De oudjes gingen maar al te graag op de foto en wilden ook met ons op de foto. Dat was het leuke deel van de stupa. Ik vond de stupa van binnen minder interessant. We reden nu door naar de clock tower midden in het centrum. Hier hadden we nog een uurtje om even rond te lopen en een kop koffie te doen in een leuk tentje.Ik liep daar een rondje, naar een kruispunt met een verkeersregelaar. In Bhutan zijn geen verkeerslichten, maar wordt het verkeer op deze manier geregeld. Dat gaat heel geordend. Het laatste uitstapje was naar de Tashi Cho Dzong, de parlementsgebouwen met de werkkamers van de koning en die van het parlement met de medewerkers. Dit is pas na 17.00 uur open, omdat de medewerkers er anders nog zijn. Die mogen kennelijk niet overwerken. Dit hele complex was prachtig. Ook de tempel was van binnen erg mooi. Een goede afsluiting van een volle dag vol leuke bezienswaardigheden.
Donderdag vertrokken we uit hoofdstad Thimphu. Dit werd een reisdag met leuke tussenstops.We reden via een pas van 3140 meter naar Druk Wangyel, waar 108 stupa’s staan ter ere van een overwinning van het Bhutaanse leger op een aantal rebellen in 2003. Een stuk verder kwamen we langs een marktje waar we even gestopt hebben. Na een koffiestop op een terras met mooi uitzicht reden we naar de lunchplek. ’s Middags hadden we wat onverwachte tussenstops: eerst zaten er langoeren (soort apen) langs de weg en in de bomen. Een stukje verderop stonden de eerste yaks. Niet iedereen van de groep had die al eens gezien, dus weer een fotostop. Niet veel verder waren mensen in het land op een kar achter een trekker bladeren aan het plat stampen. Dat deden ze al dansend. Van die bladeren wordt mest gemaakt. Weer een fotostop. We liepen het laatste stukje naar de Lawa La Pas (3336 meter) waar en stop gepland was. Daarna reden we door naar het Gangtey klooster. Deze was vooral van buiten erg mooi. Vanaf het klooster gingen we wandelend naar het hotel. Dat was ca. 5 km lopen door een erg mooi gebied. Om half 6 waren we bij het hotel. We werden verwelkomd met een kop thee die we zittend rondom een houtkachel dronken. Gezellig, een beetje skihutachtig. Hier genoten we ’s avonds van een heerlijk buffet.
Vrijdag was weer een reisdag met leuke tussenstops. We reden 147 km naar de Bhumtang vallei, nog een stuk verder naar het oosten van Bhutan. We reden over 2 passen waar we even stopten. Na een koffieshop reden we naar de Chendibji stupa. Deze was verrassend mooi. We reden door een mooi gebied. 70% van Bhutan is bos en er waren continue bomen om ons heen. In de hoger gelegen gebieden vooral blauwsparren, wat lager allerlei bomen en planten die steeds meer in bloei staan. Mooi! We kwamen langs het eerste zonnepanelenveld van Bhutan. De belangrijkste bron van inkomsten is hier elektriciteit . In de zomer is er een overschot en exporteert Bhutan stroom naar India. In de winter is er echter te weinig stroom en moeten ze het importeren. Daar willen ze m.b.v. de zonnepanelen verandering in brengen. De 2e bron van inkomsten is het toerisme en de 3e landbouw.
Na de lunch vertrokken we naar de burcht van Trongsa. Dit is de grootste burcht van Bhutan. Hij was erg mooi. Door de grote aardbeving in Nepal in 2015 en kleinere aardbevingen is een deel van de burcht verwoest en op moest gerenoveerd worden. Het verschil tussen oud en nieuw is wel goed te zien. We reden ruim een uur door en kwamen bij de Yotong La pas op 3435 meter hoogte. Hier was geen uitzicht, maar vooral veel wind. We hadden het hier snel bekeken en reden door naar een dorpje waar een weverij is. De dames die normaal daar weven waren naar een ceremonie. Die konden we dus niet aan het werk zien. Buiten stond wel een pick-up met monniken in opleiding erop. Dat leverde mooie foto’s op! Hierna reden we door naar de Bhumtangvallei waar we 2 nachten in Jaker verblijven.
Vandaag hebben we een burcht, 3 tempels en een nonnenklooster bezocht die dichtbij elkaar liggen. We hebben 2x de stukken tussen de tempels gelopen. De lunch was bij een Farmhouse, superleuk. Een hele enthousiaste eigenaar. We zaten in een kamer met lage tafeltje, die meer op kastjes leken. We kregen eerst een klein kommetje granenwijn, zeg maar schnaps. Daarna kregen we munt thee en werd een heerlijke maaltijd voorgeschoteld. Vooral de entourage was erg leuk. Het is traditie om als de gasten naar huis gaan nog een liedje te spelen. Dat deed de eigenaar met een lokale gitaar. Erg leuk. Na een bezoek aan de derde tempel reden we naar een nonnenklooster. De bus bracht ons tot ca 1,8 km van het klooster. De liefhebbers, waaronder ik, konden nu lopend verder. Dat was nog 200 meter stijgen. Af en toe best stijl, maar al met al viel het wel mee. We liepen in 31 minuten naar boven. De rest was daar al. Zij vertelden dat ze bij de kamers van de nonnen liepen toen om half 4 iemand op de gong sloeg. Daarop kwamen de nonnen uit hun kamers om naar een dienst te gaan. Wij kwamen toen net aan lopen en mochten ook naar binnen en achterin aan de zijkant gaan zitten. Geweldig om dit mee te maken. De nonnen, nog kinderen, sloegen op een trom, of speelden op een soort trompet. Anderen zongen alleen. Er werk yakboterthee rondgebracht voor wie wilde. Daarna kwam er iemand met rijst langs. Een van de nonnen zat met kauwgom bellen te blazen, een ander zat te gapen. Soms was een van de trommelaars de maat kwijt en moest ze bij haar buurvrouw kijken. Ze waren lekker kind. Sommige kwamen wat later en ploften neer tussen de anderen om samen in een zangboek te kijken. Wij kregen ook een kommetje yakboterthee en er gingen 2 kommetjes rijst rond in de groep, waaruit je dan met je handen wat kon nemen. Na een tijdje zijn we weggegaan en hebben nog even bij de nonnenverblijven rond gelopen. Ook leuk. Na dit bezoek gingen we terug naar het hotel. Morgen reizen we weer terug naar het westen van Bhutan.
Groetjes,
Sigrid
-
08 April 2025 - 11:00
Jolanda:
Hahaha die bellende monnik. En wat een jonge monniken zeg.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley