Langs de Noordcolombiaanse kus - Reisverslag uit Bogota, Colombia van Sigrid Schweitzer - WaarBenJij.nu Langs de Noordcolombiaanse kus - Reisverslag uit Bogota, Colombia van Sigrid Schweitzer - WaarBenJij.nu

Langs de Noordcolombiaanse kus

Door: Sigrid

Blijf op de hoogte en volg Sigrid

01 September 2018 | Colombia, Bogota

Hallo allemaal,

Ik ben nu bezig met de terugweg. Vanmorgen ben ik van Santa Marta naar Bogota gevlogen. Daar heb ik nu mooi even de tijd voor mijn laatste verhaal. De afgelopen week was een redelijk relaxt weekje, een tempootje langzamer dan de rest van de reis.

Vorige week zaterdag ben ik van Medellin naar Cartagena gevlogen. Het vliegveld ligt aan de rand van de stad, waardoor het nog maar 10 minuten met de taxi naar mijn hotel was. Daar kwam ik halverwege de middag aan. Het hotel bleek op nog geen 10 minuten lopen van het strand te liggen. Daar heb ik de rest van de middag door gebracht. Het zand was wat grauw en echt gezellig was het er niet. Er stond een harde wind, waardoor er hoge golven waren. De plons in het water was uiteraard wel lekker. De stroming was te sterk om te gaan zwemmen, maar in golven duiken is ook altijd leuk. Het was niet heel zonnig, maar warm zat. Ik liet me opdrogen en ging terug naar het hotel waar ik ’s avonds in de buurt wat heb gegeten.

Zondag ben ik Cartagena, de meest koloniale stad van Colombia, gaan verkennen. Mijn hotel lag 20 minuten lopen vanaf het oude centrum. Onderweg kwam ik langs het fort San Felipe, het grootste fort dat de Spanjaarden in een van hun kolonies hebben gebouwd. Dat bezocht ik eerst. Ik vond de aanblik van afstand eerlijk gezegd nog het mooiste. Het had voor mij weinig toegevoegde waarde om nog in en op het fort te lopen. Het enige noemenswaardige waren wat tunnels en er was een mooi uitzicht over de stad. De zon scheen nu wel, waardoor het behoorlijk warm was. Vanaf het fort liep ik naar het centrum. Het centrum barst van de pleintjes met historische monumenten. Aan de huizen hangen veel bakken met bougainvilles en er is veel groen. Er is weinig verkeer. Het was leuk om er rond te lopen, al miste ik wel een beetje sfeer. Ik had er meer van verwacht, al is dit echt stukken leuker dan bijv. Medellin. Ik kuierde wat door de straatjes, plofte op menig bankje in de schaduw neer om even aan de ergste hitte te ontsnappen en pikte af en toe een terrasje mee voor een verse vruchtensap of een kop koffie. Halverwege de middag had ik het wel gezien en liep ik terug naar de stad. Onderweg ging ik langs een supermarkt. Bij de kassa moet je hier altijd even geduld hebben. Ze doen niet aan de regel dat je je boodschappen gratis krijgt als er meer dan 3 voor je in de rij staan. En elke klant duurt zolang…. : eerst wordt het nummer van een (klanten?)kaart gevraagd. Dat moet worden ingetoetst door de kassière. Die doet de boodschappen voor de klant ook nog eens in een plastic tas en sommige klanten gaan met 10 plastic tassen weg. Ik had geen haast en wachtte het rustig af. Om 3 uur was ik terug in het hotel. Daar heb ik een lekkere rustige middag en avond gehad. Ik heb mijn reisschema voor de rest van de week gemaakt en hotel gereserveerd. Het kan maar geregeld zijn.

Maandag ben ik naar Minca gegaan. Daarvoor moest ik eerst met de bus naar Santa Marta. Ik vertrok rond 8 uur uit het hotel. Ik was van plan een taxi te nemen naar het busstation, omdat het zo warm is. Toen ik op de routeplanner keek zag ik dat het echt maar 800 meter was en was het mijn eer toch te na om daarvoor een taxi te nemen. Het was niet eens 10 minuten lopen. Ik had mazzel: er ging een minibus rechtstreeks naar Santa Marta. De bus stopte nauwelijks, en we waren in iets meer dan 4 uur in Santa Marta. Ik had verhalen gelezen dat het minimaal 5 en meestal 6 uur in beslag zou nemen, met veel stops om mensen in en uit te laten. Het landschap was niet heel bijzonder. Net buiten Cartagena reden we langs een strook houten, vervallen huisjes, sommigen met zeil als dak, omgeven voor zwerfvuil. Daar woon je ook niet voor je plezier. Dit is ook Colombia. In Santa Marta moest ik naar een ander busstation voor de bus naar Minca. Ik nam een taxi en werd afgezet bij een kantoortje waar de busjes naar Minca stonden. Met mij erbij was er een busje vol. Iets voor mijn kwamen er 2 mensen aan, maar er was nog plek voor 1. Ik had mazzel! Het was nu nog 50 minuten rijden. Minca is heel klein, naast de doorgaande weg is er nog een geasfalteerde weg en er zijn wat onverharde zijwegen. Ik vond het er heerlijk gemoedelijk. Bij een bakkertje dronk ik een kop koffie met echt lekker kakelvers chocoladebrood erbij. Ik zat er een half uurtje te genieten van de rust. Geen geraas van verkeer langs de weg. Ik kwam helemaal bij. Ik had hier willen tuben, maar de stand van de rivier was te laag. Jammer. In plaats daarvan boekte ik een andere toer, de hele dag wandelen met allerlei tussenstops.

Dinsdag zat ik te ontbijten toen de dame van het reisbureau bij het hotel kwam. Bij het boeken van een trip moet je bijna altijd je hotel vermelden, ook als je zelf naar een verzamelplaats moet komen. Dat bleek nu erg handig: ze kwam vertellen dat de tour geannuleerd was. Ik weet niet waarom. Dat heeft ze misschien wel verteld, maar dat heb ik dan niet verstaan. Ik besloot dan zelf wat te gaan wandelen. Ik vond ergens een plattegrond. Daarop stond een waterval aangegeven. Mooi, daar wilde ik naar toe. Ik dronk rustig nog een kop koffie op een terrasje voor ik vertrok. Dit is onderdeel van de Sierra Nevada de Santa Marta. Ik liep door het bos, maar de weg bleef breed. Er konden steeds nog auto’s rijden. Dat was wel jammer qua natuur en wel veilig met het oog op verdwalen. En het was evengoed mooi. De weg liep omhoog. Ergens in de reisgids stond dat mensen naar Minca komen om de warmte van Santa Marta te ontvluchten. Ik vroeg me af hoe heet het in Santa Marta moet zijn als je hier komt om af te koelen. Het was bloed geslagen warm! Ik kwam bij Pozo Azul, dat stond ook op de plattegrond. Daar stapten mensen in zwemkleding uit auto’s. Tijdens de tour zou er een zwemgelegenheid zijn. Ik vroeg of er hier gezwommen kon worden. Dat bleek het geval en er was een waterval. Het was nog 600 meter lopen naar de zwemplek. Ik liep daar naar toe. Er was een kleine waterval met een waterpoel ervoor. Ik stak het water over, legde mijn spullen neer bij een steen die enigszins in de zon lag en ging zwemmen. Het water was best koud! Ik bleef even in het water en ging toen op een steen in de zon zitten opdrogen. Ik zag dat er nog een pad was waarlangs mensen omhoog liepen. Na een half uur kleedde ik me weer aan en nam ik dat pad. Het bleek maar een kort pad te zijn dat leidde naar een stuk waar je kunt zwemmen bij een iets hogere waterval. Dat zag er ook aantrekkelijk uit. Ik vond weer een goede steen voor mijn spullen en ging het water weer in. Hier was het nog leuker. De stroming was nog wat sterker. Heerlijk relaxt om een beetje te poedelen in het water en even in een kleine stroomversnelling te zitten. Daarna ging ik weer op een steen in de zon zitten om wat op te drogen. Toen ik op gedroogd was vond ik het welletjes. Ik kleedde me om en liep terug. Ik besloot nog een stuk te lopen richting de plek waar volgens mijn plattegrond nog een waterval moest zijn. De lucht trok dicht en nog geen kwartier later begon het te regenen, en meteen hard. In de verte rommelde het. Ik zag een plek waar de straat niet nat werd en ging daar staan schuilen. Daar bleef het niet lang droog. Ik begon alvast een stukje terug te lopen en vond weer zo’n plek. Toen het begon te weerlichten en de donder er niet al te lang achteraan kwam, liep ik door. Het leek me niet heel handig om nu onder een boom te gaan staan. Ik schatte in dat er op minder dan 10 minuten lopen een winkeltje was waar ik kon schuilen. Daar liep ik snel heen. Daar kon ik op een bankje onder een afdak zitten. Terwijl ik daar zat begon het te stortregenen. Ik zat ervan te genieten. Ik houd wel van dat weer. Heerlijk het gekletter op het zinken afdak. Ik zat toch droog en het werd nog lang niet donker. Toen het opklaarde en er weer wat stukken blauw tevoorschijn kwamen, ben ik terug gelopen naar het hotel, hoewel het nog niet helemaal droog was. Dat bleek wel een goede keuze. De opklaring was van korte duur. Ik zetten mijn daalpas in en spoedde me naar beneden. Ik kwam niet al te nat bij het hotel aan. Niet veel later regende het weer harder. Toen het weer droog was ben ik bij een restaurantje gaan zitten lezen en heb daar meteen gegeten.

Woensdag ging ik naar Palemino. Daarvoor moest ik eerst terug naar Santa Marta. Daar nam ik de bus naar Palemino. Dit is weer heel klein, ca. 4000 inwoners en afgezien van de doorgaande weg alleen maar onverharde wegen. Het was ruim 10 minuten lopen naar het hotel. Het was nu serieus warm, dus ik deed rustig aan. Ik had een heerlijk hotel met een grote tuin met tafels + stoelen, hangmatten en bankjes. Rond half 3 liep ik naar het strand. Dat is een minuut of 8 lopen. De stroming was sterk waardoor er een rode vlag hing. Er waren veel mensen in het water. Ik legde mijn spullen ergens op een ligbed en ging het water in. Lekker even. Sommige golven waren serieus hoog en de stroming was inderdaad sterk. Ik ging een paar keer in het water en liet me daarna opdrogen. Ik hield het niet heel lang vol om te blijven liggen en ging een stukje lopen. Er lag ergens een dikke boomstam waar ik een tijdje op heb gezeten. Er kwamen regelmatig verkopers voorbij met armbandjes, sieraden, bier of pinda’s. Sommigen knoopten een onhandig praatje aan en wisten niet hoe ze beleefd weer door konden lopen op het moment dat ze merkten dat ik toch niets ging kopen. Daar moet ik inwendig dan weer om grinniken. Het strand is van grijs/zwart zand, niet echt mooi. Langs het strand staan veel palmbomen; dat heeft natuurlijk altijd wat. Om een uur of 5 ben ik het strand af gelopen. Ik liep door de hoofdstraat met een grote omweg terug naar het hotel. In de hoofdstraat zijn veel restaurants en hotels. Het wordt hier duidelijk steeds toeristischer.

Donderdag ging ik naar het Tayrona National Park. Daar was ik woensdag al langs gereden op weg naar Palomino. Ik wilde in het park overnachten. Het was een uur rijden naar El Zaine, waar de hoofdingang van het park is. Daar werd ik meteen opgevangen door iemand die vroeg of ik bleef overnachten. Er was een loket waar ik dit kon regelen. Ik reserveerde een hangmat in Arrecife. Ik kon mijn grote bagage bij de ingang opslaan. Nu moest ik alleen nog de entree voor het park betalen en toen kon ik gaan wandelen. De eerste 4 km gingen over een asfaltweg. Ik had ook een busje kunnen nemen, maar ik had tijd zat om te lopen. Er was niet veel verkeer en de weg liep door de jungle waardoor het veel minder saai was dan ik had gehoord. Daarna was het of 3,8 km naar Arrecife. Dit ging voor een groot deel over een boardwalk en was makkelijk te lopen. Er was niet heel veel hoogteverschil. Het was alleen warm en daardoor flink zweten. De wandeling was mooi. Op een gegeven moment was er uitzicht op zee. Dat is altijd mooi. Na een kleine 2 uur lopen kwam ik bij de camping aan. Ik kreeg een hangmat toe gewezen. Ze hangen onder een afdak waarvan de zijkanten met fijn gaas zijn dicht gemaakt tegen de insecten. De deur staat wel de helft van de tijd een stukje open en het gaas sluit niet aan bij de bovenkant van het afdak. Er zijn 2 rijen hangmatten. Ik liet mijn slaap spullen achter in mijn hangmat, deed wat waardevolle spullen in een kluis en liep naar het strand 20 minuten verderop. Ik ging meteen water in. Ik zwom een stukje, draaide me om en had een fantastisch uitzicht: de jungle met een berg op de achtergrond, palmbomen, strand en blauwe zee. Hoe mooi is dat! De rest van de middag vermaakte ik me met in de zon liggen, zwemmen en lezen. Het was meestal bewolkt, waardoor het niet snikheet was. Om half 5 heb ik mijn spullen weer gepakt en ben ik terug gelopen naar de camping. Daar ben ik meteen gaan douchen. Er zijn 4 douches voor vrouwen, gescheiden door wanden. Er zit geen dak op en de wanden komen bij mij tot schouderhoogte. Voor iedereen die langer is dan ik zijn ze eigenlijk te laag. Tijdens het douchen had ik uitzicht op de jungle, wel weer mooi. Na de douche ging ik bij het restaurant zitten lezen en eten. Dat was de enige plek waar ik kon zitten. Toen ik het bankje zat was ben ik de hangmat in gegaan om te lezen tot het tijd werd om te slapen. Iets anders was er niet te doen.

Vrijdag was de laatste echte vakantiedag. Vandaag ging ik naar el Pueblito, waar de ruïnes van een oud dorp zijn. Vandaar wilde ik via een andere uitgang het park verlaten. Het was mogelijk om vanaf 7 uur te ontbijten. Toen was ik al lang wakker. Ik vertrok uiteindelijk om kwart over 8. Het eerste stuk had ik gistermiddag al gelopen. Ik moest nu nog een strand verder lopen. Hier begon het pad naar el Pueblito. Er stond op een bord dat het 2,4 km was met 260 m hoogteverschil en dat het 1,5 uur lopen was. Er zat een lastig stuk tussen. Ik kwam bij een grote rots en had geen idee hoe ik erop moest komen. Ik gooide alvast mijn rugzak op de rots. Er was nergens houvast voor de handen of voeten. De eerste pogingen mislukten. Ik stopte even en keek het van een afstandje, droogde nog een keer het zweet goed af. Na zo’n 5 minuten lukte het me om op de rots te klimmen. De natuur was weer mooi. Het was wat dichter begroeid dan gisteren. Een stukje verderop werd ik ingehaald door Sara, een Nederlandse die snel omhoog klom. Zij liep nu met me mee. Wel gezellig. Een stukje verderop was het weer lastig. Ze gaf me een hand en trok me omhoog. Super! Uiteindelijk liep ze echt sneller Ik zei haar dat ze door kon gaan. Ik liep me wat te forceren en dan ook nog erbij praten. De klim was op sommige stukken best pittig. Ik deed het nu rustig aan en kwam op die manier ook bij el Pueblito. De resten van de oude stad stelden niet veel voor. Daar was ik op voorbereid. Hier waren meer toeristen. Ik sprak nog met een paar Duitse meiden en kwam Sara nog tegen. Ik zat daar even en ging toen door. Ik hoorde dat het nog 3 uur was naar Calabazo, de uitgang die ik zou nemen. Eerder had ik gehoord dat het 2 uur zou zijn. Na el Pueblito ging de weg nog ca. een half uur omhoog. Daarna ging het vrijwel uitsluitend omlaag. Ik kwam een verlaten huis tegen waar de vrouw verse jus d’orange verkocht. Ik nam een glas, heerlijk even wat anders dan water. Ik was uiteindelijk iets na half 1 in Calabazo. Daar stak ik de weg over om de bus te nemen naar de hoofdingang waar mijn bagage nog lag. Ik was drijfnat van het zweet, werkelijk niets was meer droog. De bus kwam snel. Ik vond het niet erg dat hij vol zat en ging bij de deur staan op te drogen. Ik haalde mijn bagage op en nam de bus naar Santa Marta. Vanaf het station kon ik lopen naar het hotel. Ik had overal gelezen dat Santa Marta vooral een uitvalsplaats was om naar andere plaatsen te gaan en dat het zelf niet veel te bieden had, al veranderde dat wel. Ik had weinig verwachtingen. Het hotel bleek 2 straten van het centrum af te liggen. Het centrum is klein. Het was nog geen 10 minuten lopen naar de boulevard. Ik liep een stuk langs het water, dronk een kop koffie op een terrasje op de boulevard en zigzagde wat door het centrum, van een voetgangersstraat met veel restaurantjes en terrasjes naar een drukke winkelstraat met veel verkeer. Tussendoor waren er nog wat pleintjes, al met al best een gezellig centrum dat je wel met gemak binnen 2 uur hebt gezien. Ik nam het dagmenu op een terrasje en ging terug naar mijn hotel.

Vanmorgen ben ik om half 7 met de taxi naar het vliegveld van Santa Marta gegaan. Ik zit inmiddels in Bogota te wachten tot ik mijn bagage kan inchecken. Mijn vlucht gaat over 4 uur. Dan zit het er alweer op. Tijd is iets geks. Voor mijn gevoel zijn die zes weken omgevlogen en tegelijkertijd lijkt het eeuwen geleden dat ik in Quito aan kwam. Het is weer een geweldige reis geweest met de vriendelijkheid van Ecuador en de prachtige natuur en de warme Colombianen in een land dat veel te bieden heeft. Ik heb weer ongelooflijk veel gedaan, van het wandelen naar een gletsjer naar het zwemmen in een woestijn, van het snorkelen met zeeschildpadden tot het ter paard bezoeken van archeologische plekken, de koffieplantages, zeeleeuwen, waxpalmen, koloniale steden, gemoedelijke dorpjes met als hoogtepunt toch wel de mountainbike afdaling van de Chimborazovulkaan in Ecuador. Op 1 dag lopen door de sneeuw naar 5100 meter, en off-road fietsen door de regen, hagel en in de zon, met af en toe een pittige klim. Dat was echt fantastisch. Nu nog even nagenieten van deze reis en dan weer plannen maken voor de volgende reis. Tot snel in Nederland of tot de volgende reis!

Groetjes,
Sigrid

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Sigrid

Actief sinds 21 Mei 2008
Verslag gelezen: 3965
Totaal aantal bezoekers 132626

Voorgaande reizen:

07 Juli 2023 - 05 Augustus 2023

Sri Lanka

21 Juli 2022 - 20 Augustus 2022

Albanië

18 Oktober 2019 - 09 November 2019

Nepal

30 Mei 2019 - 14 Juni 2019

Taiwan

20 Juli 2018 - 02 September 2018

Ecuador & Colombia

21 Juli 2017 - 01 September 2017

Reizen door Zuid-Korea en China

14 Juli 2016 - 27 Augustus 2016

Brazilië

23 December 2015 - 02 Januari 2016

Van Istanbul naar Cappadocië

03 Juli 2015 - 15 Augustus 2015

Filipijnen en Molukken

21 December 2014 - 01 Januari 2015

Oman & Dubai

11 Juli 2014 - 10 Augustus 2014

De ruige hoogvlaktes van de Andes

25 December 2013 - 05 Januari 2014

Senegal & Gambia

13 Juli 2013 - 21 Augustus 2013

Birma en Thailand

23 December 2012 - 31 December 2012

Jordanië

21 Juli 2012 - 20 Augustus 2012

Langs de Pan-American Highway

25 December 2011 - 06 Januari 2012

Marokkaanse wandelreis

30 Juli 2011 - 30 Augustus 2011

India 2011

25 December 2010 - 01 Januari 2011

Tunesië

20 Juli 2010 - 16 Augustus 2010

Maleisisch Borneo 2010

20 December 2009 - 02 Januari 2010

Uganda 2009

08 Juni 2008 - 17 Augustus 2008

Van Turkmenistan naar Beijing

Landen bezocht: